Sportief wandelen

  • Intensiteit

    Sportief wandelen is stevig wandelen. Het tempo varieert van matig intensief (70-80% van je maximale hartslag) tot intensief (80-90% van je maximale hartslag). Afhankelijk van je startconditie, de afstand en het terrein (vlak of hellingen) is de gemiddelde snelheid ongeveer 5 tot 7,5 km/uur.

    Techniek

    De sportief wandeltechniek bestaat uit een verlengde pas met een krachtige afzet. Ook de armen worden actief gebruikt. Specifieke aandachtspunten zijn:
    1.  Romphouding
    2.  Voetplaatsing en voetafwikkeling
    3.  Paslengte en pasfrequentie
    4.  Armzwaai

  • Gezondheidseffecten

    Om je fysieke fitheid te onderhouden heeft de Gezondheidsraad geadviseerd dagelijks minimaal een half uur te bewegen en daarnaast minimaal 2,5 uur per week aan matig intensieve inspanning te doen. (en meer indien mogelijk). Door in beweging te blijven verkleint de kans op ziektes zoals diabetes, overgewicht, hart- en vaatziekten, psychische problemen. Matig intensief bewegen bereik je wandelen: matig intensief tempo (70-80% van je maximale hartslag) loop je tijdens onze duurtrainingen en een intensief tempo (80-90% van je maximale hartslag) bereik je tijdens de intervaltrainingen en heuvel-op lopen. Als je wilt afvallen dan loop je minimaal 60 minuten per keer in een matig intensief tempo. (duurtrainingen).

    In welk tempo je loopt kun je afmeten aan je ademhaling en het gemak waarmee je nog kunt praten. Bij een matig intensief tempo (70-80% van je maximale hartslag) is de ademhaling zwaarder en wordt praten moeilijker. Bij een intensief tempo (80-90% van je maximale hartslag) is de ademhaling zwaar en lukt praten niet meer. Bij een intensief tempo verbrand je meer calorieën en verbruik je in verhouding meer koolhydraten (bv. suikers) dan vetten. Bij een matig intensief tempo verbrand je minder calorieën en verbruik  je in verhouding meer vetten dan koolhydraten (bv. suikers). Al met al is variatie in de trainingen (interval- en duurtrainingen) het beste. Bewegen heeft ook een gunstige invloed op je gemoedstoestand. Dit komt door de productie van hormonen. Daarnaast werkt het buiten zijn in de prachtige natuur van het Jekerdal en de Pietersberg heel ontspannend. De groep stimuleert en biedt gezelligheid.

  • Kleding en schoenen

    Draag vrijetijds- of sportkleding waarin je je gemakkelijk kunt bewegen. Draag twee of drie verschillende lagen zodat je een laagje uit kunt doen als je het te warm krijgt. Afhankelijk van het weer draag je een waterafstotend jasje of een waterdichte jas/regencape. Een pet met een klep is handig bij zon en bij regen. Bij kou of harde wind voorkomt een pet of muts afkoeling. Tijdens de training volstaan over het algemeen lage wandelschoenen. Die hebben als voordeel dat je je voeten goed kunt afwikkelen. Bij langere wandeltochten worden halfhoge wandelschoenen aangeraden. Informeer naar de stugheid van de zool. Een zogeheten “A/B” zool volstaat. Een B-zool is te stug en de schoen wordt onnodig zwaar. Let zowel bij lage als bij hoge  wandelschoenen op een goed profiel. Bij modder, sneeuw of ijzel kan een wandelstok met een scherpe punt extra houvast bieden. Ook bestaan er rubberen zolen met “spikes” (korte spijkerpunten) die onder de schoenen vastgemaakt kunnen worden. Een heuptasje of een kleine rugzak is handig voor het meenemen van een flesje water, sleutels, regencape e.d.

Delen met: